Het is van belang dat de jeugd van jongs af aan veelzijdig en met plezier beweegt om een gezonde motorische basis te ontwikkelen voor later. Dit klinkt nog ver weg, maar ze zeggen niet voor niets ‘Jong geleerd is oud gedaan’. Doe je op jongere leeftijd meer aan sport- en spelactiviteiten, dan helpt je dit zelfs op latere leeftijd. Ofwel, jeugd met goed ontwikkelde motorische vaardigheden zijn fitter, hebben minder kans op overgewicht, chronische aandoeningen, sporten meer én ervaren meer plezier aan sporten en bewegen, zo blijkt uit diverse onderzoeken. Hoe kan je hier als ouders een bijdrage inleveren. Wat kan je samen doen om meer in beweging te komen? KernGezond kinderfysiotherapeute Britt vertelt ons meer over dit onderwerp.
Motoriek
Motoriek is een heel breed begrip en begint ook al bij de allerkleinste onder ons. Britt: ‘Als een baby alsmaar een bepaalde kant opkijkt, kan dit betekenen dat de schedel scheef is. Hierdoor zie je vaak dat het omrollen ook niet wil lukken en andere stappen in de ontwikkeling ook vertraging oplopen. Dit heeft dan al te maken met de motorische ontwikkeling van het kind.’
Er wordt onderscheid gemaakt in de grove en fijne motoriek. De grove motoriek gaat bijvoorbeeld over kruipen of zwaaien, lopen, zwemmen en fietsen. Grove motoriek oefen je door spelletjes met ballen te doen overgooien (wie kent de spellen van vroeger nog zoals; blikkietrap en stoepranden?), te hinkelen, tikkertje te spelen of op een speeltoestel te klimmen.
De fijne motoriek gaat over het uitvoeren van meer subtiele handelingen zoals: schrijven, knippen en tekenen. Deze handelingen zijn te oefenen door met je handen bewegingen te maken: een pen te laten ronddraaien tussen je vingers, kleine balletjes te maken van klei, en kralen/blokjes of muntjes in een potje te stoppen. Of het ouderwetse knikkeren. Deze motorische ontwikkelingen zijn niet alleen belangrijk voor het lichamelijk functioneren, maar ook voor de hersenen. Door te bewegen leren de zintuigen om met elkaar samen te werken en worden er steeds nieuwe verbindingen gemaakt in de hersenen. De hersenen worden uitgedaagd, en laat dat nou precies de bedoeling zijn!
Succesvol bewegen
Belangrijk is om te kijken naar wat kinderen leuk vinden om te doen. Britt vertelt; ‘Oefeningen die ik met de kinderen samen doe, bespreek ik met de ouders. Zo probeer ik samen met de ouders het kind meer te laten oefenen met zijn of haar uitdaging.’ Ouders spelen namelijk een belangrijke rol in de beweging van kinderen. Ze hebben ook hier een voorbeeldfunctie. Volwassenen zitten gemiddeld 9 uur op een dag (op kantoor, in de auto, achter een scherm). De meeste kinderen zitten tegenwoordig 5,5 uur per dag achter een scherm. Ongemerkt kan dit zelfs nog oplopen. Het is belangrijk om als ouder het goede voorbeeld te geven en bewegen te stimuleren. Britt: ‘Spelen, stoeien, klimmen, klauteren, een koprol oefenen, een bal overgooien… elke beweging is goed als je kind er maar plezier in heeft.’ Het zijn maar een paar voorbeelden om als ouders de beweging bij kinderen te stimuleren.
Samen buitenspelen
We stipten net al even kort de uitdaging aan wat betreft het beeldscherm gebruik bij kinderen. De meeste kinderen spelen tegenwoordig niet meer zoveel buiten. Dit heeft ook een bepaalde invloed op de motorische ontwikkelingen van kinderen. Britt: ‘Wat je steeds meer ziet is dat kinderen moeite hebben met de grove motoriek, omdat ze voornamelijk alleen maar zitten. Huppelen is dan iets waar een kind veel moeite mee kan hebben. Probeer het maar eens!’
Als je ergens minder goed in bent, dan vind je dat automatisch ook minder leuk om te doen. Dit werkt ook zo bij kinderen. Het geeft je weinig zelfvertrouwen, waardoor je er niet actief mee bezig gaat. De zoektocht zit hem dan vooral in om te ontdekken wat een kind wel leuk vindt om te doen. En dan telt achter een schermpje zitten uiteraard niet mee. Samen buitenspelen is hiervoor de ideale manier om je kind bloot te stellen aan verschillende vormen van bewegen. Zo ontwikkelt hij of zij zich veelzijdig en ontdekt het waar hij goed in is en wat leuk is. Dat vergroot het zelfvertrouwen. Ongemerkt ontwikkelt je kind zich zo heel breed, leert hij de wereld verkennen, en ondertussen doet hij ook allerlei vriendjes op.
Redenen genoeg dus om samen met je kind in actie te komen en naar buiten te gaan. Belangrijk om hierbij rekening te houden met wat het kind leuk vindt om te doen. Britt: ‘Actief samen in beweging komen met je kind in een veilige omgeving. Nodig bijvoorbeeld meerdere kinderen uit, dat motiveert en is meteen goed voor de sociale ontwikkeling. Dit zorgt ervoor dat het kind meer zelfvertrouwen en plezier krijgt in bewegen. En daar plukt het op latere leeftijd ook de vruchten van.’